Wanneer je naar het ziekenhuis moet voor
onderzoeken, is de kans groot dat je een röntgenfoto of een CT-scan moet laten
maken. Ook een angiografisch onderzoek en een DVI zijn veel voorkomende
onderzoeken in het ziekenhuis. In dit artikel leest u alles over deze vier vormen
van onderzoeken.
Röntgenfoto’s
Röntgenfoto’s
zijn foto’s die gemaakt kunnen worden van de meeste organen in ons lichaam. De
meeste röntgenfoto’s kunnen gemaakt worden zonder gebruik van contrastmiddelen,
maar in sommige gevallen is het noodzakelijk om contrastvloeistof toe te
dienen. Het toedienen van contrastvloeistof kan nodig zijn om bepaalde organen
of onderdelen van het lichaam goed te kunnen zien.
De
röntgenstralen zijn ontdekt door Wilhelm Röntgen en de stralen hebben als
kenmerk dat deze weefsels van het lichaam meer of minder goed kunnen passeren.
Zo kunnen röntgenstralen met gemak door lucht heen, omdat lucht deze stralen
doorlaat. Bij waterige vloeistoffen worden de stralen al meer tegengehouden,
maar weefsels die kalk bevatten (de botten) zullen de röntgenstralen niet
doorlaten. Als de röntgenstralen de weefsels van het menselijk lichaam hebben
doorboord, zullen de stralen opgevangen worden op een fotografische plaat.
Vanaf de fotografische plaat zal een beeld ontstaan van het lichaam, het beeld
is het best te vergelijken met een negatief van een fotorolletje.
Wanneer
men deze röntgenfoto afdrukt, zal deze positief zijn (wat wit is op een
negatief,zal zwart zijn op de foto en andersom).
Op
een röntgenfoto zal lucht de stralen vrijwel doorlaten, zodat er een zwarte
plek op de foto achterblijft. Bij kalkhoudende weefsels, zoals bot, kunnen de
röntgenstralen haast niet passeren, waardoor deze op de foto wit tonen. Op deze
manier zijn botbreuken goed te zien, omdat tussen de breuk lucht gaat zitten. Toch
zijn niet alle aandoeningen op een röntgenfoto goed te zien, hierbij kan je
denken aan een spierbloeding.
Ook
zware metalen zullen straling tegenhouden, daarom zullen zware metalen ook wel
ingezet worden als contrastvloeistof. Een voorbeeld van een contrastmiddel is
bariumpap. Wanneer de arts een standaard röntgenfoto van de buik zal maken, zal
er op de röntgenfoto de wervelkolom, het bekken en de ribben te zien zijn, maar
de inhoud van de darmen en andere organen zal niet of nauwelijks zichtbaar zijn
op de foto. Om de inhoud van verschillende organen toch te kunnen zien, zullen
deze organen met een contrastmiddel gevuld worden. Zo kan er door middel van
contrastvloeistof een tumor van de darm zichtbaar worden, die zonder het
gebruik van contrastmiddel nooit ontdekt zou zijn.
CT-scan
De
afkorting CT-scan staat voor Computertomografiescanning. Bij het maken van een
CT-scan worden er met behulp van een computer doorsneden van het lichaam
gemaakt. De patiënt komt in een röntgenbuis te liggen, waarbij de röntgenstralen
rond het lichaam van de patiënt bewegen. De röntgenstralen die door het lichaam
gegaan zijn, worden opgevangen door detectoren die stralingsgevoelig zijn, dit
in tegenstelling tot röntgenfoto’s. Bij röntgenfoto’s worden de stralingen
namelijk opgevangen op een fotografische plaat. De detectoren die de stralingen
hebben opgevangen worden naar een speciale computer verstuurd. Deze computer
zal de beelden versterken en deze op een beeldscherm tonen.
Een
CT-scan wordt vooral toegepast om onderzoek te doen naar moeilijk te bereiken
gebieden in het lichaam. Zo kan de CT-scan ingezet worden voor hersenonderzoek
en onderzoek in de borst- en buikstreek.
Angiografisch
onderzoek
Tijdens
een angiografisch onderzoek zullen door middel van röntgencontrastmiddel bloed-
en lymfevaten zichtbaar gemaakt worden. Door middel van een angiografisch
onderzoek kunnen meerdere soorten foto’s gemaakt worden, waaronder:
- Arteriogrammen (foto’s van de
slagaderen)
- Flebogrammen (foto’s van de
aderen)
- Lymfogrammen (foto’s van
lymfevaten).
Een
angiografisch onderzoek kan van groot belang zijn, omdat de aderen, slagaderen
en lymfevaten via andere wegen niet zichtbaar worden. De enige andere optie om
deze lichaamsdelen te zien, is via een röntgenfoto (in combinatie met
contrastmiddel).
Een
angiografisch onderzoek brengt een aantal nadelen met zich mee, waaronder het
feit dat dit type onderzoek nogal belastend is voor de patiënt. Daarnaast is de
kans groot dat er nabloedingen ontstaan, er worden namelijk slagaderen
aangeprikt om dit onderzoek goed uit te voeren. Omdat de bloeddruk in de
slagaderen hoog is, is de kans groot dat er een (ernstige) nabloeding optreedt.
Vandaag
de dag is er echter ook een manier gevonden om een angiografisch onderzoek via
een bloedvat uit te voeren. Tijdens het onderzoek zal er in het bloedvat een
contrastmiddel ingespoten worden, wat bekend staat onder de naam Digital
Vascular Imaging (DVI). In het Nederlands wordt deze methode ook wel de
Digitale Substractie Angiografie (DSA) genoemd.
DVI
Wanneer
iemand een DVI onderzoek moet ondergaan, zal er een contrastmiddel in de aderen
gespoten worden. Als deze contrastvloeistof het hart bereikt heeft, zal de
vloeistof door het gehele lichaam verspreid worden. Omdat de hoeveelheid die in
de aderen gespoten is te laag is om duidelijk te zijn op een röntgenfoto, heeft
dat geen zin.
Voordat
de vloeistof wordt ingespoten, zal er een foto van het lichaam gemaakt worden.
Ook wanneer de vloeistof bezig is om door het lichaam te stromen, zullen er een
aantal foto’s genomen worden. Al deze foto’s worden opgeslagen in een computer,
welke de foto’s met elkaar gaat vergelijken. Op een aantal gebieden zullen de
foto’s gelijk zijn aan elkaar (waar geen contrastvloeistof heeft gestroomd),
terwijl de rest verschillend is. Zo is de contrastvloeistof te zien waar de
vloeistof in de aderen stroomt. De computer maakt een kopie van de delen die
van elkaar verschillen, zodat de aderen van het lichaam bekeken kunnen worden.
Als
een patiënt een DVI moet ondergaan, kan dit beangstigend voor deze persoon
zijn. De persoon zal vooraf goed ingelicht worden en ook tijdens de behandeling
zal er iemand bij de patiënt aanwezig zijn.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten